dinsdag 10 augustus 2010

Frank stapt over in Parijs

Het was alweer zaterdagochtend, tijd om te vertrekken. Weliswaar moest ik er al uit op een moment dat normale mensen zich nog een paar keer omdraaien, maar ik ging dan ook op reis. Neurotisch met openbaar vervoer als altijd, stond ik ruim voordat de machtige TGV naar Parijs zou vertrekken, stond ik al op het perron. Alhoewel Amsterdam het beginpunt van het traject is, komt de trein pas op het laatste moment, vlak voor vertrek, binnenrijden. De NS speelt hier kundig op in als altijd en heeft stickers geplakt op de perrons, zodat je van tevoren al weet waar jouw wagon komt te staan. Dat denkje tenminste. In veel gevallen wordt op het moment van binnenrijden in vier talen omgeroepen dat de trein in 'omgekeerde rijtuigvolgorde' zal rijden. Hierdoor kan het hele perron beginnen aan een berekening waar de juiste wagen dan wel zal stoppen, hetgeen altijd wat chaos geeft. Niettemin slaagde de conducteur erin het vehikel op tijd te laten gaan. Zo'n Thalys bleek behoorlijk luxe. Toen ik mijn coupé binnenstapte, vroeg ik me dan ook serieus af of ik niet toevallig een ticket voor de eerste klasse had gekocht, maar er stond een grote 2 boven de deur. Dan zal het wel goed zijn. Hoewel ik met veel pijn en moeite een plekje aan het raam had weten te reserveren, was dat natuurlijk net weer een stoel tussen twee ramen, waardoor het uitzicht naar buiten slechts tot stand kwam door langs de stoel voor me door het spleetje raam te moeten kijken.
Een sticker op de wand vermeldde dat er WIFI-verbindingen mogelijk waren in de trein. Vol goede moed pakte ik derhalve mijn laptopje. Het is natuurlijk ontzettend leuk om op Facebook te melden dat je in een hogesnelheidstrein door de polder zoeft met een internetverbinding. Hiertoe diende je je eerst te registeren door het invullen van een behoorlijk formulier en toen kwam de aap uit mouw: het bedrijf Thalys bood graag internet aan, maar voor niets gaat de zon op. Of ik dus even via de credit card zes euro wilde dokken voor een uurtje verbinding. Dit deden we natuurlijk niet, dus surfte ik wat rond op een soort intranet van Thalys.com, dat wel beschikbaar was. Naast allerlei informatie over treinen en leuke foto's was het uiteraard ook mogelijk tickets voor andere Thalysreizen te boeken. Zo maakt Thalys optimaal gebruik van de kredietkaarten van zijn passagiers. Alleen hoe je dat ticket dan diende te printen, werd mij niet echt duidelijk.
Slechts enkele uren later arriveerden we op het Gare du Nord. Dit moet een van de grootste stations van Europa zijn en naast alle treinen uit het noorden, is het ook een plek van samenkomst van allerlei metro- en busverbindingen. Zoals alle stationsomgevingen trok ook deze volk aan van allerlei pluimage, want terwijl ik voor het gebouw aan een shaggie stond te trekken, maakte ik kennis met enkele personen die op zeer fanatieke wijze daklozenkranten aan de man probeerden te brengen. Nu zullen er slechts weinigen zijn die daadwerkelijk zo'n krantje kopen, maar een kleine bijdrage werd uiteraard ook op prijs gesteld. Kortom, de beste man wenste niet door te lopen voor hij weer een have euro rijker was. Soms moet je maar gewoon wat geven om er zo snel mogelijk vanaf te zijn. Zoals verwacht was Parijs nog dezelfde statige stad als een paar jaar geleden. Er zijn plekken met grote drukte, minder chaotische plaatsen en heel rustige omgevingen. Ik probeerde ze alle drie maar om na het station door te gaan naar het Place de la Bastille, mede daar dit op de route ligt naar het Gare de Lyon, alwaar ik met reis naar het zuiden zou voortzetten. Ik had trek in koffie en plofte neer op het eerste het beste terras. Lurkend aan de koffie bleek al snel dat dit de duurste niet-alcoholische consumptie sinds jaren zou worden, kosten: bijna 6 euro. Niettemin lekkere koffie, dat moet toegegeven. Het schijnt zo te zijn dat je binnen aan de bar minder betaalt, maar daar mag je dan weer niet roken. Zo wordt je als roker dubbel gestraft. Je bent gedwongen meer te betalen voor je consumptie en de prijzen van tabak liegen er ook niet meer om tegenwoordig.
Als volleerd vogelspotter zag ik al snel dat Parijs hondsbrutale duiven heeft. Er was er zelfs een die op het tafeltje naast me neerstreek en doodleuk over zojuist klaargelegd bestek en servetten wandelde. Mijn buurman twee tafeltjes verderop zag het maar stoorde zich er niet aan Ik besloot het dan ook maar niet door te geven aan de ober, hoewel mij eigenlijk altijd verteld was dat duiven de meest verschrikkelijke ziektes verspreiden. Wellicht geldt dit alleen voor Amsterdamse duiven. In ieder geval hoop ik niet verantwoordelijk te zijn voor de lijdensweg die een andere toerist nog te wachten staat. Je consumptie afrekenen is ook niet eenvoudig in Parijs. In Nederland hoef je alleen maar je beurs te pakken en er staat al iemand voor je om het geld in ontvangst te nemen, maar Parijse obers doen dit niet. Zo zat ik wel tien minuten opvallend met een biljet van tien euro in mijn handen, maar allemaal mompelden ze iets wat ik niet verstond en liepen vervolgens door. De beste methode in deze is dan ook gewoon je spullen pakken en opstappen, want ik vermoedde dat ze er dan wel als de kippen bij zouden zijn. Even later werd duidelijk dat ik uitsluitend mijn geld mocht overhandigen aan degene bij wie ik de koffie besteld had en die deze ook had gebracht. Deze dame in kwestie had zich het laatste kwartier niet meer op het terras vertoond, dus vandaar. Zo werkt het overal anders en daar moet je steeds maar achter zien te komen. Meestal gaat het heel gemakkelijk, soms duurt het wat langer. Na deze cultuurshock was het tijd voor rust. Vlakbij het Place de la Bastille bevindt zich een pleintje dat Place des Vogues heet. Het betreft hier een plein omgeven door oude gebouwen, eigenlijk meer een soort binnenplaats met een grasveld en fonteinen in met midden. In één van de omringende gebouwen bevindt zich het Maison Victor Hugo, oftewel het voormalige huis van de schrijver, inmiddels museum. Het museum was gratis, maar dat zal er mee te maken hebben gehad dat alle zalen dichtwaren, op eentje na. Dit voordeeltje compenseerde de koffie weliswaar enigszins, maar had wel tot gevolg dat ik een half uurtje later weer buitenstond en nog enkele uren in Parijs diende door te brengen. Dit is natuurlijk geen enkel probleem, alleen hou ik er niet zo van dit met een zware rugzak te moeten doen. Het parkje van het Place des Vogues bood uitkomst. Velen lagen ontspannen in het gras of zaten op de bankjes eromheen voor zich uit te staren. Ik gooide de rugzak van me af en nam plaats op het gras. Terwijl ik een saffie aan het rollen was, trok ik de aandacht van een hiphop-achtige neger, die vroeg of hij ook een shaggie mocht. Ik was juist klaar met de mijne en gaf die dan maar aan hem. Hij bleek zeer dankbaar en we toucheerden elkaars vuisten, zoals dat in die kringen gebruikelijk schijnt te zijn. Later zag ik hem op een bankje zitten met een halve literblik bier en hij leek genoten te hebben van de Javaanse Jongen Halfzwaar, want hij zwaaide tot tweemaal toe toen hij het parkje weer verliet. Overigens verdween het lege blikje keurig in de prullenbak.
Na een uurtje lezen begaf ik me richting het Gare de Lyon. Hiervoor diende ik wederom de Place de la Bastille te kruisen en de juiste boulevard te kiezen. De gemeente Parijs was zo vriendelijk geweest een bord neer te zetten met de naam van het station en een pijl. Sterker nog: ze hadden zelfs twee borden met de naam van het station en een pijl geplaatst. Jammer was alleen dat beide pijlen exact de andere kant op wezen. Hierdoor viel eigenlijk de functie van beide borden weg en ik wist nog altijd niet waarheen te gaan. Om verwarde toeristen de helpende hand toe te steken (waar de gemeente Parijs nooit te beroerd voor is), had men een plattegrond van de omgeving vlak naast de borden opgetrokken. Hierop stond slechts één pijl, die aangaf waar ik was. Op die manier zie je snel genoeg waar je heen moet. Het bleek dat het linkerbord gelijk had. Na dit onderzoek was ik tien minuten later bij het Gare de Lyon. Dit station is een stuk minder imposant dan het Gare du Nord, maar als je van grote stations houdt nog steeds leuk. Ik kocht een krantje in de kiosk en diende via een bouwplaats helemaal om het station heen te lopen naar een plek waar nog meer TGV's stonden. Het was een gezellige drukte. Vanaf dit station vertrekken namelijk alle treinen naar het diepe zuiden en duizenden Fransen maakten zich op voor een vakantie aan de Mediterranee. Dit betekende dat we met hele gezinnen, krijsende kinderen, opa's en oma's en vooral, honderden trolleys met bagage over het smalle perron moesten. Kundig in organiseren als de Franse spoorwegen zijn, hadden ze een soortgelijke vakantietrein naar het zuiden aan het perron aan de overkant geparkeerd, die ook nog eens rond dezelfde tijd zou vertrekken. Hierdoor was er eigenlijk geen doorkomen aan en had ik geluk gelijk in de eerste wagon te moeten plaatsnemen. Het bleek een dubbeldeks-TGV en ik zat onderin, dit maal vol aan het venster. Net als Nederlandse dubbeldekkers heb je aan de benedenverdieping vrijwel geen mogelijkheid je bagage kwijt te kunnen, hetgeen in zo'n vakantietrein leidt tot chaotische taferelen. Uiteindelijk propte ik mijn rugzak maar tussen wat koffers op de enkele plankjes, die voor bagage beschikbaar waren, maar natuurlijk direct vol.
Uiteindelijk zat ook in deze trein spoedig iedereen op zijn plek en we vertrokken richting onze vakantiebestemmingen. Niet veel later reden we met dezelfde noodgang door Frankrijk als de Thalys enkele uren daarvoor. Dit betekent dat zo'n trein langs snelwegen raast en alle auto's voorbijsjeest. Je moet hiervoor dus bijzonder hard gaan wetende hoe er in Frankrijk gereden wordt. Enkele uren later rijdt je dan ook al door het verre zuiden. Ik kan me dan ook niet voorstellen ooit in een file te gaan staan op de autoroute en hele dagen bezig te zijn in het zuiden te geraken, terwijl dit veel sneller en gerieflijker kan. Daarbij ben je alleen al voor de tolweg al bijna net zoveel kwijt als een treinkaartje vanaf Amsterdam (voor één persoon dan). Aangekomen in Montpellier, vond ik snel mijn hotel en kon me opmaken die avond eens de horeca te gaan verkennen van de stad die de komende twee weken mijn thuis wordt.

Geen opmerkingen: